Overal ter wereld komen grassen voor, van prairies tot moerassen en van bergweiden tot kustgebieden. Gras wordt daarom ook wel het haar van moeder aarde genoemd. Voor de tuin is er een selectie van de mooiste soorten beschikbaar, met sierlijke smalle bladeren en wuivende pluimen. De fijne bloeihalmen vangen elke zonnestraal en talloze regendruppeltjes, zo zorgen ze al snel voor een sprookjesachtige en dromerige sfeer in de tuin.
Voor ieder plekje een grassoort
Omdat er veel soorten siergras zijn is er voor elke situatie wel een geschikte soort te vinden. Er zijn siergrassen voor droge grond of juist voor een vochtige bodem, voor volle zon of voor de schaduw, allemaal prima winterhard. De meeste soorten worden ’s winters bruin, maar er zijn ook wintergroene siergrassen. Een voorbeeld is de zegge (Carex). Heb je veel ruimte dan is er misschien plaats voor een grote pol prachtriet (Miscanthus) als blikvanger. Zo’n fors siergras is trouwens ook heel geschikt om inkijk tegen te houden. Voor een kleine plek is er volop keuze, compact groeiende siergrassen doen het zelfs prima in een pot op het terras. Zoals het blauwgroene zwenkgras (Festuca), een grasje dat slechts 15-25 cm hoog wordt.
Wist je dat...
je siergrassen niet moet verwarren met bamboe? Een bamboe is een wintergroene heester, terwijl een siergras een vaste plant is die in het najaar boven de grond afsterft. In het voorjaar verschijnen al snel weer frisgroene grassprietjes.
Kunst van het combineren
Het overhangende blad en de fraaie pluimen van siergrassen komen nog mooier uit in combinatie met andere planten. Let bij het maken van composities op de groeiwijze van het siergras, de kleur van het blad en de hoogte. Zoek hierbij goede buurplanten. Zowel soorten die eerder bloeien dan de grassen als soorten die tegelijkertijd bloeien, zijn geschikt. Rijke zomerbloeiers met aren, zoals de salie (Salvia), zorgen voor een fantastisch vormcontrast met bijvoorbeeld het Japanse bosgras (Hakonechloa). In het najaar kleuren paarse herfstasters betoverend bij het roodbruine lampenpoetsergras (Pennisetum setaceum ‘Rubrum’). Borderplanten met een wintersilhouet zijn ook prachtig naast siergrassen, zo’n combinatie zal tot ver in de winter opvallen. Probeer eens vetkruid (Sedum) naast lampenpoetsergras (Pennisetum), of de dropplant (Agastache) als buur van het diamantgras (Calamagrostis).
Nauwelijks onderhoud
Siergrassen kunnen het hele jaar door geplant worden, maar de beste tijd is toch wel het najaar of het voorjaar. Deze sterke vaste planten vragen nauwelijks onderhoud. Bemesten en water geven is bijna niet nodig. Knip bruine stengels en bladeren eind februari/begin maart af, vlak voor de eerste nieuwe sprietjes verschijnen. Dit gaat heel makkelijk met een scherpe heggenschaar. Wintergroene soorten hoef je niet af te knippen.